Molendrift biedt ook hulp aan volwassenen. Het gaat dan in de regel om hulp bij psychische problemen, die het functioneren thuis of op het werk belemmeren. Onze hulpverlening is gericht op verandering. Door anders met gebeurtenissen, gedachten en gevoelens om te gaan, krijg je meer grip op je eigen leven.
Lees hier meer over de werkwijze van Molendrift.
Als uw kind in behandeling is
De hulp die Molendrift biedt is altijd concreet en praktisch. Wij betrekken ouders bij alle beslissingen in de behandeling van hun kind. Afspraken en oefeningen worden vertaald naar de situatie thuis en/of op school, zodat de volwassenen, die dichtbij het kind staan, hun kind kunnen ondersteunen. Hierdoor is de hulp die wij geven ook effectief buiten de spreekkamer. Veranderingen die na het afsluiten van de behandeling stand houden.
Werkwijze Molendrift
De werkwijze van Molendrift is protocollair. Protocollen kunnen probleemspecifiek of probleemoverstijgend zijn. Molendrift werkt met een probleemoverstijgend protocol bestemd voor alle problemen. Het betreft een algemeen behandelprotocol dat zich richt op de algemene stappen in het hulpverleningsproces en nadrukkelijk gebruik maakt van in de praktijk effectief getoonde factoren zoals het aansluiten bij de vraag en motivatie van de cliënt/het systeem en een gestructureerde interventie van de hulpverlener waarbij doelen worden gesteld.
De doelstelling van geprotocolleerd werken is een effectieve, doelmatige en efficiënte hulpverlening. Effectieve hulpverlening vertoont een aantal algemene kenmerken ongeacht de soort behandeling en de doelgroep. Van Yperen, Booy en Van der Veldt (2003) beschrijven deze zogeheten algemeen werkzame ingrediënten voor effectieve hulpverlening. Enkele voorbeelden:
- een goede motivatie van de cliënt(systeem);
- een goede kwaliteit van de relatie cliënt(systeem) en behandelaar;
- een goede structurering van de interventie (met een duidelijke doelstelling, planning en fasering);
- uitvoering van de interventie zoals deze uitgevoerd hoort te worden;
- professionaliteit van de behandelaar;
- goede werkomstandigheden van de behandelaar.
Als algemene, evidence based werkzame factoren kunnen twee aangehaald worden. Ten eerste de goede motivatie van de cliënt en het systeem en ten tweede het systematisch doelen stellen door de hulpverlener samen met de cliënt en het systeem. Deze twee pijlers worden in recente literatuur over evidence based werken eveneens beschreven (Van Yperen, e.a. 2003; Eijgenraam, e.a. 2004). Bij Molendrift staan deze twee factoren centraal. Systematisch wordt gewerkt met modellen om de motivatie tot gedragsverandering te bevorderen en om de interventie van de hulpverlener goed te structureren.
In alle stappen van de hulpverlening is de hulpverlener gericht op het aansluiten bij het motivatieniveau van de cliënt en het systeem om gedragsverandering te bevorderen. Dit verhoogt de kans op effectief hulpverlenen. Uitval uit de hulpverlening wordt doorgaans geweten aan gebrek aan motivatie bij de cliënt. In de visie van Molendrift is de motivatie van de cliënt een te beïnvloeden factor en niet een vaststaand gegeven. De hulpverlener is gericht op het werken aan de motivatie en betrokkenheid van de cliënten door “doelen stellen” waarvoor ze zelf gemotiveerd zijn. De hulpverlener structureert de interventie middels het gezamenlijk stellen van doelen op korte en langere termijn.
Werkwijze bij chronische problematiek bij volwassen cliënten.
Bij cliënten met chronische problematiek is sprake van risicogevoelige, stabiele of instabiele problematiek of ernstige problematiek in remissie. Klachten zijn aanhoudend, persistent en stabiel, het risico is laag tot matig. De werkwijze bij deze cliënten voldoet aan bovenstaande aspecten van het geprotocolleerd werken binnen Molendrift. Echter er zijn enkele accenten die in de behandeling van deze groep cliënten van belang zijn, te weten:
- gebruikte methoden en richtlijnen zijn gericht op verbetering van de kwaliteit van leven, zoals het vergroten van iemands veerkracht, het tijdig signaleren van terugval, het hanteren van stressoren in het dagelijks leven en/of het ondersteunen van het sociale netwerk om deze doelen te bereiken.
- indien het doel van de behandeling stabilisatie van de situatie is, wordt dit onderbouwd in het behandelplan.;
- in het behandelverslag wordt vastgelegd hoe wordt samengewerkt met de naastbetrokkenen van de cliënt (zowel informeel als formeel/professioneel hulpverleners), hoe de contacten met naastbetrokkenen in kaart worden gebracht en op welke wijze met inachtneming van privacywetgeving met naastbetrokkenen gecommuniceerd wordt.
- ingeval van gevaar voor crisis wordt in het behandelplan vastgelegd wie cliënt kan bellen (crisiskaart) - er wordt een signaleringsplan gemaakt dat actueel gehouden wordt, en onderwerp van gesprek is tijdens evaluatiegesprekken, waar mogelijk wordt www.samen1plan.nlhier voor benut. Het signaleringsplan wordt ook opgeslagen in het digitale cliënt dossier.
- in het behandelverslag worden afspraken over (tijdelijke) op- en afschaling vastgelegd
- aan de hand van het in het behandelplan geformuleerde perspectief en geformuleerde einddoelen voor de cliënt worden uitstroomcriteria vastgelegd.